* André
Klukhuhn, De algehele geschiedenis van het denken. Of het verbond tussen
filosofie, wetenschap, kunst en godsdienst |
|
||
|
Amsterdam 2013 1272 p. ISBN
9789035139589 € 49,95 |
|
|
Aan de hippietijd hebben we deze enorme pil van bijna
1.300 bladzijden te danken, want had André Klukhuhn zijn loopbaan van natuurkundige
voortgezet dan was De algehele
geschiedenis van het denken. Of het verbond tussen filosofie, wetenschap,
kunst en godsdienst waarschijnlijk nooit op papier gesteld. Maar, in de jaren ’70, zo vertelt Klukhuhn in de
proloog van zijn boek, maakte hij de overstap naar het Studium
Generale-programma van de Universiteit van Utrecht, omdat hij niet langer met
zijn onderzoek wilde bijdragen tot innovatie in de wapenindustrie. In Utrecht
raakte Klukhuhn filosofisch danig onderlegd. Het is trouwens deze achtergrond
– gedegen kennis van zowel de natuurwetenschappen als van de filosofie – die
Klukhuhn tot een betrouwbare gids maakt. In zijn leven voltrok de auteur een overgang van de
specialistische natuurwetenschap naar de meer generaliserende filosofie en
die beweging keert ook terug in De
algehele geschiedenis. Dit boek is in breedste zin een onderzoek naar wat
het betekent dat de mens een bewustzijn heeft, denken kan en cultuur
produceert. Filosofie, wetenschap, kunst en godsdienst zijn dan de
verschillende en relevante manieren, waarop het bewustzijn zichzelf, mens en
wereld in ogenschouw neemt. Deze De algehele
geschiedenis is een uitbreiding van het in 2008 verschenen Alle mensen heten Janus. Het verbond
tussen filosofie, wetenschap, kunst en godsdienst. Afgezien van de
herordening en soms uitbreiding van bestaande hoofdstukken valt vooral de
invoeging op van een nieuw hoofdstuk over de geschiedenis van de muziek sinds
de Oudheid. Het is hier – als ik mij een kritiekpuntje mag
veroorloven – zeer te hopen dat deze uitgave niet de “definitieve editie” is,
die de stikker op de omslag belooft. Het hoofdstuk over de muziek is wel wat
opsommerig, wat overigens met de andere hoofdstukken geenszins het geval
blijkt. Die lopen als een trein. Het is daarom zeer te hopen dat Klukhuhn
zijn project verder gaat vervolmaken. Klukhuhn heeft een erg dik boek geschreven en ook al waren
zijn “volgers” enigszins voorbereid op wat komen ging – Alle mensen heten Janus telde al goed 900 pagina’s – het was toch
nog even schrikken. Volledige lezing van De algehele geschiedenis vraagt een behoorlijk tijdsinspanning
van de lezer, maar daar staat een soepel geschreven, onderhoudende en heldere
tekst tegenover. Het is onmogelijk om zo’n zwaarlijvig boek als De algehele geschiedenis in zijn geheel
te toetsen of het gewicht ervan goed in te schatten, maar enkele steekproeven
leerden dat dit volumineuze essay de moeite van het lezen zeker waard is. |
|||