* Frédéric Gros, Wandelen. Een filosofische gids

 

 

Amsterdam

Bezige Bij

2013

234 p.

ISBN 9789023477341

€ 16,90 (e-book € 12,95)

 

 

inhoudachterflap

 

Wandelen. Een filosofische gids van Frédéric Gros deed me denken aan een anekdote uit de pauselijke annalen van de afgelopen eeuw. Als kersverse paus had Pius X (+1914) een appartement ingericht met onder andere een koperen bed van een van zijn voorgangers. “Het is een prachtig ledikant”, sprak een vertrouweling tot de paus, waarop deze met trieste stem antwoordde: “Dat is wel zo, doch ik zal er in moeten sterven.”

Wandelen is het onderwerp van Frédéric Gros en voor “wandelen” kunnen we net zo goed leven, strijden, werken of denken invullen. Deze activiteiten laten zich goed in contrast stellen met de dood. De dood vormt namelijk het metaforische tegendeel van wandelen: het is een passief en inert op de plaats rust, hetzij fysiek, hetzij geestelijk in de vorm van slaap of gedachtenloosheid.

Voor alle duidelijkheid: de dood is geen thema dat Gros uitdrukkelijk aanroert, maar het is op de achtergrond wel degelijk aanwezig. Het contrast tussen wandelen en de metaforische dood komt treffend naar voren bij Gros’ schets van de geoefende wandelaar Friedrich Nietzsche. In de ijle lucht van de Alpen had de grote filosoof zijn zuiverste gedachten, maar Nietzsche eindigde zijn leven in psychiatrische lethargie, zo nu en dan voortgeduwd in een rolstoel door zijn moeder of zus.

Een andere befaamde wandelvogel was de eveneens Duitse filosoof Immanuel Kant, die omwille van zijn goede gezondheid elke namiddag een wandelingetje maakte. In tegenstelling tot Nietzsche gaf Kant bij die gelegenheid zijn verstand vrijaf. Filosoferen deed hij bij voorkeur binnenshuis.

Bij de Franse dichter De Nerval – ik kon maar niet op diens voornaam komen, want zijn postume landgenoot Gros vergat die te vermelden – is de wandellust eerder het symptoom van grote geestelijke verwarring en de dood de verlossing daarvan. Die kwam in 1855, toen Gérard zelfmoord pleegde in een Parijse achterafsteeg.

Wandelen, zoveel moet nu wel duidelijk zijn, kan om verschillende redenen gebeuren. Gros noemt er vele, waaronder de aandrang om gedachten de vrije loop te laten of om die juist te bedwingen, om jezelf te worden, om de moraal aan te scherpen of om een politieke daad te stellen. En soms loopt dat slecht af.

Aan de hand van verschillende bekende filosofen, denkers, dichters en enkele thema’s, bijvoorbeeld “stilte”, “eenzaamheid” en “herhaling” heeft Gros, een Parijse hoogleraar filosofie, het fenomeen “wandelen” aan een interessant onderzoek onderworpen. Of ligt het precies omgekeerd en geeft Gross uitleg aan thema’s en denkers aan de hand van het trefwoord “wandelen”?